Bereiding

1. Verwarm de oven voor op 180°C.

2. Snijd de prei schuin in plakken van 1 centimeter dik. Leg ze naast elkaar in de koekenpan. Bestrooi met een beetje peper en zout en besprenkel met azijn. Voeg zoveel water toe dat de prei net onder water staat. Breng afgedekt met deksel op hoog vuur aan de kook. Verlaag vervolgens het vuur zodat het vocht zachtjes pruttelt en kook 10 minuten.

3. Leg de prei voorzichtig in een vergiet zodat de plakken intact blijven.

4. Haal ondertussen de blaadjes van de takjes tijm. Snijd de gedroogde tomaten en ansjovis in kleine stukjes.

5. Druk met een prop keukenpapier voorzichtig zoveel mogelijk vocht uit de prei.

6. Smelt de suiker in een klein pannetje op middelhoog vuur wacht tot de suiker net licht bruin begint te kleuren en giet de karamel dan direct in de bakvorm.

7. Strooi de helft van de tijm, ½ theelepel peper en ½ theelepel zout gelijkmatig over de bodem. Leg de mul filets met de huidkant naar beneden, in een ster op de bodem (brede kant aan de rand en de puntige kant naar het midden wijzend).

8. Verdeel de gedroogde tomaten, ansjovis en de rest van de tijm erover. Leg de, zo goed als droge, plakken prei en kerstomaatjes ertussen en erop. Probeer de vorm daarbij zo egaal mogelijk te vullen.

9. Rol het deeg los van het papier en leg het over de vorm. Snijd het deeg dat over de rand hangt eraf. Druk de deegranden diep tussen de rand van de vorm en de vulling. Prik met een vork wat gaatjes in het deeg en bak de taart in de hete oven in 25 à 30 minuten goudbruin.

10. Neem de taart uit de oven. Leg een ronde schaal of groot bord op de vorm en keer ze samen in een snelle beweging om. Trek de vorm voorzichtig omhoog en los van de taart.