Scho(o)lreis
Het visbestand van de schol is gezond, wat betekent dat wij gerust kunnen genieten van deze heerlijke vis, want er zijn er meer dan genoeg. Ieder jaar wordt een visquotum vastgesteld voor de vangst van dit platvisje, om het bestand gezond te houden. Het bestand volwassen schol in deze wateren blijft doorgroeien en bevindt zich ruim boven de veilige biologische grenzen.
Klein, groter, grootst
Niet alle vis mag zomaar aangevoerd worden. De minimum aanvoermaat van schol is 27 cm. Kleinere vis wordt als ‘ondermaats’ beschouwd en ontsnapt of al tijdens het vissen uit het net, of wordt volgens de aanlandplicht meegenomen aan wal. Deze ondermaatse vis mag niet voor directe menselijke consumptie worden gebruikt, maar mag wel verwerkt worden in bijvoorbeeld voedingssupplementen, visolie en dierenvoer. De schollen die wel groot genoeg zijn, worden gecategoriseerd in vier maten en op de veiling verkocht voor verschillende prijzen.

Eenmaal aan wal
De platvisindustrie bestaat overwegend uit bedrijven die gespecialiseerd zijn in de verwerking en afzet van platvis uit de Noordzee. De meeste bedrijven kopen verse grondstoffen in op de Nederlandse visafslagen. Daarna vindt de bewerking van de schol plaats. Denk hierbij aan fileren, paneren en diepvriezen. Dit gebeurt bijna altijd binnen hetzelfde bedrijf. Diepgevroren en verse schol- en tongproducten beslaan het grootste gedeelte van deze sector. Bij de meeste bedrijven zijn verwerking- en groothandelsactiviteiten volledig geïntegreerd. Dat betekent dat de bedrijven de vis zowel inkopen, klaarmaken voor verkoop als verkopen en distribueren.
Want wist je dat…
Het overgrote deel van de Nederlandse scholfilets naar Italië worden geëxporteerd? Italianen zijn dol op op dit Noordzeevisje! Italië is de belangrijkste afnemer, gevolgd door Duitsland en Groot-Brittannië. Daarnaast worden er ook kleine hoeveelheden verse schol en diepgevroren hele schol geëxporteerd.